Juiste gebruik van de biddingbox

Wij maken bij het bieden op de club altijd gebruik van de bekende kaartjes in de biddingbox. Niets nieuws onder de zon dus? Toch blijkt in de praktijk dat er door de meesten van ons wel eens incorrect met de kaartjes wordt omgegaan. In een gezelligheids-club als de onze wordt dat (als we het al zien!) meestal wel bedekt met de mantel der liefde, maar kan zeker ook gevolgen hebben.
Maar op andere clubs is men wellicht wat competitiever of formeler en staat er zo maar op verzoek van je tegenstanders een arbiter voor je neus. Dat zou bij ons ook kunnen gebeuren!

De NBB vindt het juiste gebruik van de biedkaartjes zo belangrijk dat zij in de spelregels een speciale bijlage heeft opgenomen: het Biddingbox-reglement.
Dit bericht is bedoeld om je inzicht te geven in wat (niet-) mag en moet.

1. De speler die aan de beurt is om te bieden, legt zijn biedkaarten voor zich op tafel met de tekst naar het midden. De biedkaarten worden van links naar rechts in een rijtje gelegd waarbij zij elkaar gedeeltelijk overlappen, maar wel alle biedingen zichtbaar blijven.

Toelichting: De wijze van neerleggen moet altijd hetzelfde zijn om te voorkomen dat je partner ongeoorloofde informatie meekrijgt. De kaarten de ene keer met nadruk neerleggen en een andere keer mismoedig of nonchalant op tafel gooien is dus niet toegestaan.

2. Spelers behoren de biedkaarten pas aan te raken als ze besloten hebben welke bieding ze gaan doen.

Toelichting: Met je hand twijfelend boven de biddingbox en wisselend een paskaartje of een bod in een kleur beetpakken mag dus echt niet.  Dat geeft zo veel ongeoorloofde informatie aan de partner!  Houd je hand dus bij je tijdens het nadenken. Pas als je hebt besloten wat te bieden, strek je je hand resoluut uit naar de biddingbox en pak je het juiste kaartje.

3. Zo gauw het biedkaartje de biddingbox niet meer raakt, geldt dit als een bieding en mag het niet meer worden teruggezet!

4. Je kondigt een sprong bod aan door de stopkaart voor je op tafel te leggen en daarna de biedkaarten van je bod. Na een tiental seconden haal je de stopkaart weer weg. Pas daarna mag jouw linker tegenstander bieden.

Toelichting: Op deze wijze moet die tegenstander verplicht eerst “nadenken”. Direct bijvoorbeeld een paskaart op tafel leggen of juist eerst een tijdje twijfelend nadenken zou anders ongeoorloofde informatie voor diens partner kunnen betekenen.

5. De biedkaarten moeten op tafel blijven liggen tot voor iedereen vaststaat wie leider is en wie uitkomt!! Dat is na driemaal pas. Totdat de biedkaarten van tafel zijn gehaald, kan dus iedereen herhaling van het biedverloop verkrijgen.

6. Wat nog veel voorkomt is dat men biedkaarten schuin in de biddingbox terugzet, om zo te kunnen blijven zien wat het contract is; dat mag dus niet!  Als je meteen na het bieden en voor het uitkomen het contract in het kastje (bridgemates) invoert kan dat niet worden vergeten. Voer gelijk de uitkomstkaart in, dan hoef je achteraf niet te twijfelen.

7. Bij het alerteren van een bieding mag alleen degene die aan de beurt is om te bieden vragen stellen aan de partner (=linker tegenstander) van de bieder (=rechter tegenstander) van het voorgaande bod over dat bod. En dan alleen ter verduidelijking voor zichzelf en zeker niet om zijn partner “wakker” te schudden.

8. Is het spel gespeeld, berg je kaarten pas dán op, als je het allemaal eens bent over het resultaat! Heb je en je partner de kaarten al opgeborgen en is er geen overeenstemming over het resultaat, dan kan dat voor je score gevolgen hebben!

Rob van Elst